Sophie Wilmès

Ik heb het me al vaker afgevraagd. Welke typische fouten maak ik wanneer ik Duits spreek? Waaraan kun je horen, ook al klopt mijn vocabularium nog zo goed, dat ik geen Muttersprachler ben?

De voorbije weken heb ik al vaak premier Sophie Wilmès Nederlands horen spreken. Ze spreekt het, met alle lof voor het pogen, zoals veel Franstaligen dat doen. Ze legt haar klemtonen vaak fout, ‘de’ wordt ‘het’ en omgekeerd, de uitgangen van de bijvoeglijke naamwoorden zijn een struikelblok … 

Het meest opvallend zijn echter constructies zoals:

Vandaag de regering heeft verklaard dat …

Morgen de Veiligheidsraad zal beslissen …

Na overleg met de GEES wij hebben besloten…

De reden is voor de hand liggend: zij trekt de Franse woordvolgorde door naar het Nederlands.

Aujourd’hui le gouvernement a déclaré que …

Demain le Conseil de Sécurité va décider …

We noemen dat transferfouten. Dat wil zeggen dat Sophie Wilmès de kennis van het taalsysteem van haar eerste taal, het Frans, inzet bij het spreken van een andere taal, in casu het Nederlands.

Het Nederlands is wat we noemen een V2-taal. V2 staat hier niet voor Vergeltungswaffe 2, maar voor Verb Second. Dat is het verschijnsel dat de persoonsvorm het tweede zinsdeel vormt van een bevestigende hoofdzin.

 (Vandaag) (heeft) de regering verklaard dat …

(Morgen) (zal) de Veiligheidsraad beslissen …

(Na overleg met de GEES) (hebben) wij besloten …

In het Nederlands geldt die V2-regel alleen voor de hoofdzin. In bijzinnen staat de persoonsvorm met alle andere werkwoorden bijeen achter in de zin. 

Vandaag besliste de Veiligheidsraad dat er nieuwe maatregelen zullen genomen worden.

De meeste Germaanse talen hebben V2. Het Engels is een opvallende uitzondering. Het heeft de volgorde van het Frans.

Today the Government has declared that …

Tomorrow the Security Council will decide …

Dat was niet zo in het Oud-Engels (450-1150). Dat had ongeveer dezelfde woordvolgorde als het Nederlands van nu. Waarom is dat niet meer zo in het moderne Engels? Een deel van de verklaring ligt bij 14 oktober 1066 , the Battle of Hastings, toen Willem II van Normandië het leger van King Harold versloeg, weliswaar na een enorme tactische blunder van deze laatste. Die overwinning was meteen ook het begin van de intrede van Normandische, of zeg maar Franse invloeden op het Angelsaksisch, onder andere op de syntaxis.

In bepaalde Engelse constructies tref je uitzonderlijk nog V2 aan.

(Never) (had) I seen this before 

(Seldom) (did) I hear anything more absurd.

(Only now) (can) I see how beautiful this church is.

In het Nederlands is de V2-regel in hoofdzinnen bepaald dwingend te noemen. We hebben zelfs het woordje ‘er’ als plaatsonderwerp om de regel zoveel mogelijk intact te laten.

Er werd door de Veiligheidsraad beslist dat …

Er staan een ton afgekeurde mondmaskers op de luchthaven.

Dergelijke zinnen hebben geen gewoon onderwerp, maar het woord ‘er’ als plaatsonderwerp, dat dus op de plaats staat van het eigenlijke onderwerp, dat dan verderop in de zin staat.

In bepaalde tekstgenres kan die V2-regel wel eens met voeten getreden worden, zoals in het genre ‘moppen’:

Komt een vrouw bij de dokter.

Zegt de dokter: ‘Kleed u maar uit.’

Vraagt de vrouw: ‘Waar leg ik mijn kleren?’

Zegt de dokter: ‘Bovenop de mijne.’

Is het u nu duidelijk waarom leren Nederlands is niet gemakkelijk?